Eén van de leuke dingen die je in Engeland kunt doen, is het bezoeken van de pub. De meesten hebben een typisch Britse inrichting, met klassieke houten meubels, bloemetjesgordijnen, dikke tapijten, allerlei snuisterijtjes en natuurlijk een verzameling schilderijtjes aan de muur. Bang voor het combineren van verschillende kleuren en patronen zijn ze over het algemeen niet. Je houdt er van of je vindt het vreselijk. Ik ben een liefhebber! Ondanks de indianenverhalen over de Engelse keuken, kun je in veel pubs ook nog eens lekker eten en moeilijk te vinden zijn ze ook niet:  elk klein dorp heeft er wel eentje, vaak met een lange historie. Een voorbeeld van een pub met een geschiedenis is The Philharmonic in Liverpool. Mogelijk de oudste pub van Engeland (maar dat claimen er meer), maar met zekerheid één van de allermooiste. Prachtige jugendstil patronen, meerdere zitkamers met verschillende inrichtingen, veel glas in lood en tegelwerk. Het meest indrukwekkende deel van de pub heb ik helaas niet gezien, want dat schijnt het herentoilet te zijn. Maar goed, de rest was ook al erg de moeite waard. Echt een pub met klasse!